Wetgeving
Wetten en regels
Om de veiligheid van de voedsel- en diervoederketen te garanderen zijn verschillende wetten en verordeningen van kracht. In Nederland controleert de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) de naleving van wetten en regels op het gebied van veiligheid van voedsel en consumentenproducten, dierenwelzijn en natuur. Zij voeren de controle uit en houden toezicht op de naleving van diverse wetten en verordeningen.
Voor de dierlijke producten zijn de Hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (Verordening 854/2004), de Dierlijke bijproducten Verordening 1069/2009 met de bijbehorende implementatieverordening 142/2011, en de zogenaamde TSE verordening 999/2001 (met al zijn latere aanpassingen) als eerste van belang.
Daarna volgt de wetgeving van de industrieën waaraan producten geleverd worden, zoals de farmaceutische, de diervoeder-, de meststoffen- en de hernieuwbare energiewetgeving.
Dit is hieronder schematisch weergegeven. Voor de levensmiddelensector en de diervoedersector is een extra uitwerking gemaakt.
Mag varkensvet worden gebruikt in pluimveevoeders?
Ongeacht de vraag van welk dier een vet afkomstig is, mag een dierlijk vet worden gebruikt in diervoeders voor alle (landbouw– en huis)dieren.