Dierlijk vet

Alle vet en olie van dierlijke herkomst. Daaronder vallen bijvoorbeeld boter, visolie, varkensvet, rundvet en pluimveevet.
De bedrijven die zijn aangesloten bij de VVS produceren varkensvet, rundvet, pluimveevet en gemengde dierlijke vetten. In deze laatste categorie kunnen de vetten van meerdere diersoorten verwerkt zijn. De vetten zijn altijd gemaakt uit de bijproducten van gezonde geslachte dieren.
In dierlijke vetten komt het vetzuur stearinezuur voor. Stearinezuur is een vettige vaste stof. Het kan zowel een plantaardige als dierlijke oorsprong hebben, maar stearinezuur vind je met name in dierlijke vetten terug. Belangrijk voor een kaars is dat hij bij kamertemperatuur stevig is en pas gaat smelten als hij wordt verwarmd door de vlam. Deze eigenschappen heeft het vetzuur stearinezuur. Kaarsen gemaakt van stearinezuur zijn steviger dan kaarsen gemaakt van paraffine en hebben een langere brandduur.
Van stearinezuur kan ook zeep worden gemaakt. Deze traditionele manier van zeep maken wordt bijvoorbeeld nog toegepast bij de bekende groene zeep. Stearinezuur kan zowel een plantaardige als dierlijke oorsprong hebben, maar vind je van nature met name in dierlijke vetten terug.
Dierlijk vet heeft een hoog smeltpunt. Die eigenschap maakt het zeer geschikt voor het gebruik in allerlei verzorgingsproducten. In deze persoonlijke verzorgingsproducten zoals shampoo, handcrème, make-up en zeep, zorgen de toegevoegde deeltjes vet voor het reinigen, schuimen, bevochtigen of wassen. Welk vet is gebruikt, lees je op het etiket. Bijvoorbeeld ‘sodium tallow’ is verzeept rundvet. Lanoline valt ook onder dierlijk vet. Dit vet wordt gewonnen uit schapenwol.
In schoonmaakmiddelen worden vetderivaten (afgeleide producten van gesmolten vet) toegevoegd om het reinigen van harde oppervlakken mogelijk te maken. Daar zijn de meer verzadigde vetzuren die in dierlijke vetten voorkomen zeer geschikt voor. Ook in luchtverfrisser, plastic, verf, anti-vriesmiddelen, lijm en inkt zijn bestanddelen van dierlijk vet terug te vinden.
Dankzij de hoge energiedichtheid worden dierlijke vetten gebruikt voor energieopwekking. De aanwezige energie wordt omgezet in warmte en elektriciteit. Bovendien worden dierlijke vetten gebruikt voor de productie van biodiesel.
Dierlijke vetten van gezonde geslachte dieren worden inderdaad gebruikt in voedingsmiddelen. Zo worden Belgische frieten vaak gebakken in rundvet. Ook in soepen en sauzen worden dierlijke vetten gebruikt vanwege hun eigen unieke smaak, die door veel koks en consumenten wordt gewaardeerd. In de Aziatische keuken wordt varkensvet veel gebruikt in bakkerijen vanwege de specifieke bijdrage aan de structuur, luchtigheid en houdbaarheid van de producten.
Ongeacht de vraag van welk dier een vet afkomstig is, mag een dierlijk vet worden gebruikt in diervoeders voor alle (landbouw- en huis-)dieren.
Ongeacht de vraag van welk dier een vet afkomstig is, mag een dierlijk vet worden gebruikt in diervoeders voor alle (landbouw- en huis-)dieren.
Ongeacht de vraag van welk dier een vet afkomstig is, mag een dierlijk vet worden gebruikt in diervoeders voor alle (landbouw- en huis-)dieren.

Dierlijk eiwit

Verwerkt dierlijk eiwit wordt uitsluitend geproduceerd uit categorie 3 slachtbijproducten. De definitie van categorie 3 is te vinden in de dierlijke bijproductenverordening (EG) nr. 1069/2009 van 21 oktober 2009. In de basis zijn het slachtbijproducten van dieren die geschikt waren bevonden voor de slacht.
De VVS produceert eiwitten voor humane consumptie, diervoeding en meststoffen.
Geschikt voor consumptie door mensen is bijvoorbeeld collageen. Dit eiwit wordt gebruikt in de vleesindustrie, vanwege de natuurlijke bindende eigenschappen. Ook kanen worden in de vleesindustrie gebruikt, bijvoorbeeld bij het maken van worsten en vleeswaren. Plasma poeder is een eiwit dat veel albumine (het 'ei-eiwit') bevat. Het wordt als functioneel eiwit toegepast in verhitte vleeswaren, zoals gekookte ham. Hemoglobine poeder wordt gebruikt in bloedworst.
Dat betekent dat dit vleesproduct gevormd is door het enzym thrombine (uit bloed), samen met het fibrinogeen (ook uit bloed) toe te passen. Dit is ook terug te vinden op de ingrediëntenlijst: daar staat dan varkenseiwit of rundereiwit (afhankelijk van de diersoort die gebruikt is).
Het gebruik van verwerkt dierlijk eiwit in diervoeders is streng gereguleerd. Alle onderdelen van de toeleveringsketen dienen te worden geregistreerd en/of erkend door de veterinaire autoriteit. Dit is allemaal vastgelegd in Europese wetgeving.
Dat mag alleen als zij erkend zijn als mengvoerfabrikant en daarnaast geregistreerd zijn in zowel de dierlijke bijproductenverordening als de TSE-verordening.
Dat zou in theorie kunnen worden geproduceerd, mits de dierlijke bijproducten afkomstig zijn van een biologisch slachthuis, dat uitsluitend biologische dierlijke bijproducten produceert.
Varkens en kippen zijn omnivore dieren, oftewel alleseters. Het aminozuurpatroon van het dierlijke eiwit sluit daardoor goed aan bij de natuurlijke behoefte van deze dieren.
Doordat het aminozuurprofiel goed aansluit bij de behoeften van varkens en kippen en bovendien de verteerbaarheid van deze aminozuren zeer goed is, hebben de dieren een betere gezondheid. Dit kan zich bij kippen uiten in minder verenpikkerij en bij varkens in minder staartbijten.
Dat wordt zeker gedaan. Het hoge stikstofgehalte en de hoge totale organische stof maakt deze producten geschikt als nutriëntenbron voor de plant en zorgt er tevens voor dat meer organische stof aan de bodem kan worden toegevoegd. Van bijvoorbeeld de keratinerijke eiwitten, die te vinden zijn in verenmeel en haarmeel, is aangetoond dat ze kunnen helpen bij het verbeteren van de bodemweerbaarheid.

Duurzaamheid

Dierlijke vetten worden geproduceerd uit bijproducten van de vleesproductie. Dit betekent dat dierlijke vetten altijd een lage ecologische voetafdruk zullen hebben. Bij een economische allocatie – die momenteel gangbaar is in met name diervoedersector – wordt ook de voetafdruk van de toeleveringsketen meegenomen.
Dit is zeker duurzaam. Als je een dier slacht, is de vierkantsverwaarding erg belangrijk. Naast de vleesdelen is het heel belangrijk om de vleesbijproducten eveneens te gebruiken als voedsel. De ambachtelijke slager deed dit immers altijd al. De worst is in feite uitgevonden om niets van het dier te hoeven verspillen! Van neus tot staart wordt alles benut!
Omdat het dan moeilijker wordt om de eetbare bijproducten van vlees optimaal te gebruiken. Deze kunnen immers niet gedeclareerd worden als vlees, maar zijn wel degelijk van hetzelfde dier afkomstig. Omwille van duurzaamheid zouden deze producten optimaal moeten worden gebruikt in vleeswaren en vleesproducten.
Dat is zeker duurzaam. Deze eiwitten worden lokaal geproduceerd. Omdat het bijproducten zijn is de CO2-voetafdruk laag.
Het is heel circulair om de bijproducten die ontstaan bij het eten van vlees te gebruiken in de productie van vlees en eieren. Deze bevatten immers waardevolle eiwitten met een hoog gehalte aan essentiële nutriënten. Denk daarbij aan goed verteerbare essentiële aminozuren en goed benutbaar fosfor. In tegenstelling tot plantaardig materiaal, bevatten dierlijke eiwitten geen anti-nutritionele factoren, waardoor de verteerbaarheid en de benutbaarheid van de nutriënten in de dierlijke producten hoog blijft.
Dat wordt zeker gedaan. Het hoge stikstofgehalte en de hoge totale organische stof maakt deze producten geschikt als nutriëntenbron voor de plant en zorgt er tevens voor dat meer organische stof aan de bodem kan worden toegevoegd. Van bijvoorbeeld de keratinerijke eiwitten, die te vinden zijn in verenmeel en haarmeel, is aangetoond dat ze kunnen helpen bij het verbeteren van de bodemweerbaarheid.

Gezondheid

Binnen een gezond dieet, met voldoende groente en fruit, kunnen ook dierlijke vetten goed passen. Kijkend naar de dierlijke vetten is rundvet het meest verzadigd, gevolgd door varkensvet, en met een kippenvet/olie met een vergelijkbaar linolzuurgehalte als koolraapzaadolie. Alle dierlijke vetten zijn rijk aan oliezuur (C18:1).
Bij frituren op hoge temperaturen is een meer verzadigd vet zoals rundvet zeer verantwoord, omdat er dan aantoonbaar minder schadelijke stoffen ontstaan, zoals bijvoorbeeld hydroperoxiden, aldehyden en ketonen.
Dierlijk vet wordt vermeld en aangeduid op het etiket als 'dierlijke olie' of 'dierlijk vet', of met de vermelding van de specifieke dierlijke oorsprong (zoals voorgeschreven in de Verordening 1169/2011 BIJLAGE VII).
In de menselijke voeding komen twee soorten transvetzuren voor: de eerste wordt van nature aangetroffen in vlees en zuivel van herkauwers, de tweede ontstaat bij het industrieel harden van oliën. Eten bevat altijd wel wat transvet. Gemiddeld eten we in Nederland ongeveer 0,7 gram transvet per dag. Dat is minder dan de bovengrens die de Gezondheidsraad adviseert. Dierlijke vetten bevatten het transvetzuur geconjugeerd linolzuur (CLA). De natuurlijke CLA's zijn goed te onderscheiden van de in een industrieel hardingsproces gecreëerde transvetzuren. Uit onderzoek bij proefdieren en laboratoriumonderzoek zijn er aanwijzingen gevonden voor mogelijk positieve effecten van CLA, zoals een lager risico op kanker, een betere weerstand, gewichtsverlies en een betere lichaamssamenstelling met minder vet en meer spier. Er zijn veel supplementen op de markt waaraan CLA's zijn toegevoegd.
Dierlijk vet bevat van nature cholesterol. Cholesterol is een essentieel nutriënt en speelt een belangrijke rol in vele lichaamsprocessen. Je lever maakt het grootste deel van het cholesterol zelf aan. Cholesterol uit de voeding draagt beperkt bij aan een te hoog cholesterolgehalte in je bloed.
De VVS behartigt uitsluitend de belangen van producenten van slachtbijproducten van landdieren.

Voedselveiligheid

De dierlijke eiwitten worden gemaakt uit slachtbijproducten van gezonde dieren en worden verwerkt in streng gecontroleerde fabrieken, waarbij geborgd wordt dat het een veilig eindproduct wordt. De eindproducten worden daarnaast volgens het bekende HACCP-systeem gecontroleerd op belangrijke veiligheidsindicatoren. Uiteraard moet worden voldaan aan de wettelijke eisen op het gebied van microbiologie: Salmonella afwezig en Entero bacteriacea dienen te voldoen aan de gestelde grenzen. Daarnaast zijn er additionele eisen afhankelijk van de toepassing van het eindproduct.
Dierlijke vetten die bestemd zijn voor gebruik in de voedselketen worden uitsluitend geproduceerd uit de dierlijke bijproducten van veterinair goedkeurde dieren, die vóór de slacht geschikt bevonden zijn voor humane consumptie. Dit betekent dat de grondstoffen voor deze vetten, net zoals het vlees dat wij consumeren, vallen onder het Rijksmonitoringsprogramma voor de vleessector. Hierdoor zijn dierlijke vetten vrij van dioxines en pcb’s.
Vet is een echte smaakmaker en drager van vitaminen. Het is erg belangrijk voor de energievoorziening van de hond of kat. Het zijn beiden carnivore dieren die hun energie- en eiwitvoorziening van nature vooral uit dierlijke producten halen.
Het gebruik van verwerkt dierlijk eiwit in diervoeders is streng gereguleerd. Alle onderdelen van de toeleveringsketen (supply chain) dienen te worden geregistreerd en/of erkend door de veterinaire autoriteit. Dit is allemaal vastgelegd in Europese wetgeving
Dat mag alleen als zij erkend zijn als mengvoerfabrikant en daarnaast geregistreerd zijn in zowel de dierlijke bijproducten verordening als de TSE verordening.
Varkens en kippen zijn omnivore dieren, oftewel alleseters. Het aminozuurpatroon van het dierlijke eiwit sluit daardoor goed aan bij de natuurlijke behoefte van deze dieren.
Doordat het aminozuurprofiel goed aansluit bij de behoeften van varkens en kippen en bovendien de verteerbaarheid van deze aminozuren zeer goed is, hebben de dieren een betere gezondheid. Dit kan zich bij kippen uiten in minder verenpikkerij en bij varkens in minder staartbijten.
In Nederland wordt het toezicht uitgevoerd door de NVWA. Dit is zeer strikt. De NVWA wordt op haar beurt weer gecontroleerd door de Europese Commissie.